la-

Corona en de bewuste consument: waarom dit het moment is voor een duurzamer modesysteem

Share

In this Article

In ruim twee maanden tijd legt COVID-19 de kwetsbaarheid van vele systemen pijnlijk bloot, waaronder het traditionele modesysteem. Corona en mode: alle schakels uit de keten voelen de klappen. Maar uit de as herrijst een lichtpunt: de roep om een duurzamer modesysteem wordt steeds luider. 

Door Talita Kalloe | Leestijd: 26 minuten | Dit artikel is ook beschikbaar als luisterverhaal

De pauzeknop werd ruim 2,5 maand geleden wereldwijd abrupt ingedrukt. Het was het startsein voor een crisis met een impact die we sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer hebben gekend. Hoewel we stapje voor stapje onze vertrouwde vrijheden weer terugkrijgen, geeft de thuisisolatie als gevolg van de coronacrisis ons de tijd om over dingen na te denken. Volgens trendforecaster Jan Agelink is dit een natuurlijk proces in het verwerken van een moeilijke situatie. “Eerst moet je wennen aan een situatie. Voor sommigen kan dit gepaard gaan met ontkenning, voor anderen met angst. Weer anderen ervaren het als een rouwproces. Vervolgens komen we in een staat van acceptatie, waarin we ons gedrag overdenken. In die fase zitten we nu.” In onze overdenkingen lijken we collectief te voelen wat door experts uit diverse sectoren al jaren wordt geroepen: de systemen waar we op draaien zijn niet houdbaar. En hoewel op dit moment minder op de voorgrond, maar daarmee niet minder relevant: ook de grondstoffen van onze aarde kennen een houdbaarheidsdatum.

Nederlandse webwinkels noteren forse verkooppieken, terwijl de verkoop instort van producten die gezien worden als niet-essentieel.

Terwijl horeca en retail zich klaarmaken om in juni weer mensen te ontvangen, zingen er vragen rond: wat wil de consument nu eigenlijk op dit moment? En wat voor impact heeft de coronacrisis op de consumptiebehoefte? Het zijn de grote vragen van dit moment voor veel ondernemers. Niet alleen voor nu, maar ook in de periode die nu al te boek staat als het post-corona tijdperk. Want in de krochten van dit acute virus sluimert nog een crisis met een niet te onderschatten impact: de klimaatcrisis. Gaan we als tegenreactie helemaal los en geven we massaal ons geld uit wanneer de maatregelen dit weer toelaten? Of gaan we juist bewuster consumeren, met meer oog voor duurzaamheid? Wanneer we het normale leven mogen oppakken, weet ik net zo min als het exacte antwoord op deze vragen. Grote kans dat de situatie op het moment dat je dit leest weer helemaal anders is. Wel kan ik jullie meenemen in de hoopgevende berichten en signalen die ik om me heen voorbij zie komen en mijn observaties daarbij. 

De behoefte aan niet-essentiële producten is gedaald

Als gevolg van de maatregelen om COVID-19 in te dammen werden consumenten in maart massaal opgeroepen om binnen te blijven, niet te hamsteren en alleen fysiek nog te kopen wat noodzakelijk is. Waar zorgprofessionals, food retailers en werkende ouders met schoolgaande kinderen zich de afgelopen tijd een slag in de rondte hebben gewerkt, zaten anderen ineens met een lege agenda en zeeën van tijd. Ineens kwamen we toe aan dingen die wezenlijk en waardevol zijn. Het oppakken van een lang gewenste hobby. Het uitwerken van die strategie die al maanden in je hoofd zit maar waar geen tijd voor was. Of het aanpakken van klusjes waar je al die tijd niet aan toe kwam. We hebben de tijd. Dit zien we ook terug in de massale toeloop naar bouwmarkten, tuincentra, home- en interieurzaken. Maar ook e-learning partijen die nu floreren. In een tijd waarin we allemaal naar binnen keren, krijgt ook de binnenwereld meer aandacht. 

[envira-gallery id="27502"]

80% van de kledingbedrijven in serieuze problemen

Terwijl retailers in de food sector record omzetten draaien, komen mode retailers acuut in de problemen. Brancheorganisatie Inretail meldde dat op eind maart twee derde van hun leden de omzet al tussen de 70 en 100 procent had zien dalen. Ook online vangt de modebranche zware klappen op. Terwijl Nederlandse webwinkels forse verkooppieken noteren, stort de verkoop in van producten die gezien worden als niet-essentieel. Producten die nice-to-have zijn, maar ons niet redden wanneer de nood aan de man is. Zoals een nieuwe jurk in dé print van dit moment. Of een paar hakken die er uitzien om door een ringetje te halen, maar waar je weinig aan hebt als je even een luchtje wilt scheppen om stoom af te blazen na een thuiswerkdag met drie rondrennende kinderen. In plaats daarvan duiken we onze kledingkasten in voor een grote schoonmaak en wordt het steeds normaler om te gebruiken en te repareren wat we al hebben. 

Lees ook: kijk naar je kledingkast alsof het je eigen winkel is met tips van Chiara Spruit

Zien hoe het anders kan is één, maar het zelf in levenden lijve ervaren is een ander verhaal. En dat doen we nu allemaal – op grote schaal. 

Mode betekent voor mij een wereld van contrasten. Enerzijds zie ik het als een kunstuiting en een bijzonder mooie manier om onze identiteit vorm te geven. Aan de andere kant is het naar mijn mening niet alleen een achterhaald systeem, maar ook omstreden. Een mode agenda van minder leveringen per jaar, met kleding die minder trend- en seizoen gevoelig is, geeft meer bewegingsruimte en biedt kansen om ook duurzamere keuzes te kunnen maken. Deze welkome vertragende tred – slow fashion – staat echter haaks op het nu nog heersende fast fashion systeem. Maar als er een moment is om met de status quo te breken, dan is het nu. Want zien hoe het anders kan is één, maar het zelf in levenden lijve ervaren is een ander verhaal. En dat doen we nu allemaal – op grote schaal. 

Lees ook: hoe Joline Jolink breekt met het traditionele modesysteem

[envira-gallery id="27500"]

We leveren in op vliegen en consumeren

De coronacrisis heeft ons als consumenten ironisch genoeg laten inleveren op twee van onze meest vervuilende activiteiten: vliegen en consumeren. De wereldwijde textielproductie stoot jaarlijks 1,2 miljard ton broeikasgassen uit. Dit is meer dan de internationale vluchten en de zeevaart samen. Afgezien van de milieuvervuiling en de erbarmelijke arbeidsomstandigheden die bij fast fashion komen kijken, zijn er heel wat vliegtuigen en schepen voor nodig om de geproduceerde collecties geleverd te krijgen in filialen over de hele wereld. Terwijl medio maart de grenzen werden gesloten en vluchten werden geschrapt, heeft bijna iedereen met een smart device de gevolgen ingezien van grote vervuilers die pas op de plaats moesten maken. De blauwe lucht boven China en de heldere wateren in Venetië zijn niemand ontgaan. 

Duurzaam is duur: een kwestie van perceptie

Dat het modesysteem aan verandering toe is, is niets nieuws. De val van kledingfabriek Rana Plaza in 2013 markeerde een zwarte bladzijde en onthulde de onzuivere praktijken die erachter schuilgaan. Het gaf het startsein voor Fashion Revolution Week. Bewustzijn rondom kleding is in de daarop volgende jaren onder consumenten gegroeid en de oproep om duurzamer om te gaan met je kleding heeft zich inmiddels ook uit de geitenwollen hoek gemanoeuvreerd. Hoewel dit een goed teken is, heerst aan de andere kant nog de opvatting dat duurzame mode per definitie duur is.

Eerder schreef ik er al over hoe dit vooral een kwestie van perceptie is. Duurzamer leven gaat niet over één nacht ijs. Het is een proces dat zich stap voor stap vormt naar wat voor jou het beste werkt. Wat mij betreft is het vooral een kwestie van openstaan voor duurzamere alternatieven. En voor wéten dat deze alternatieven er zijn. Zo maakt Zeeman – één van de grootste budgetketens van ons land – grote stappen op het gebied van duurzaamheid. Zo heeft HEMA alle katoen vervangen voor responsible cotton. En is tweedehands kopen één van de meest betaalbare en duurzame uitgaven die je kunt doen. Met de komst van steeds meer tweedehands platformen in alle segmenten wordt het de consument steeds makkelijker gemaakt om ook de tweedehands markt te verkennen. 

Lees ook: grote ketens met duurzame ambities – greenwashing of een positief signaal?

Ook fast fashion items verliezen rap hun waarde als de tijd stilstaat

Een probleem van iedere schakel in de keten

Ook blijkt er nog steeds ruimte te zijn voor een nieuwe generatie fast fashion spelers. Zoals Fashion Nova, die zelfs nog sneller weet te produceren dan concurrenten Primark en Zara, 10 miljoen volgers heeft op Instagram en het voor elkaar krijgt om bikini’s voor slechts een paar euro aan te bieden. Emy Demkes schreef er een goed artikel op De Correspondent. Maar met de snelheid waarmee COVID-19 haar spoor achterlaat, ontkomt geen enkele modespeler – hoe groot of klein ook – aan de daverende impact ervan. Coronamaatregelen zetten een schrijnend domino-effect in de textielketen in gang dat op globale schaal zichtbaar is. Het één staat met het ander in verband en heeft direct invloed op de inkomstenstroom van zowel winkels, merken, fabrikanten, producenten en eigenaren die zichzelf in betere tijden rijk rekenden. Want ook fast fashion items – die met dezelfde snelheid specifiek voor dit seizoen zijn geproduceerd – verliezen rap hun waarde nu de tijd stilstaat. Daarmee werd het probleem van een systeem dat in de basis al omstreden was ineens een probleem van iedere schakel in de modeketen.

De behoefte aan transparantie blijft groeien

Toen COVID-19 toesloeg in China – niet zonder reden de fabriek van de wereld genoemd – en fabrieken gedwongen dicht moesten, werd ook duidelijk hoe afhankelijk we zijn van partijen die duizenden kilometers bij ons vandaan zitten. Niet lang daarna volgden ook lockdowns in Europese productielanden, zoals Portugal en Turkije. Ook ondernemers die met de beste intenties van de wereld wendbaar en solidair in wilden spelen op de coronacrisis, waren onthand. Alles waar ze van afhankelijk waren lag stil of was gesloten, met alle gevolgen van dien. Door duizenden kilometers verderop producten te laten maken, zijn we niet alleen het zicht op de productie en de leveranciersketen verloren, maar ook de grip op de keten. En juist in het zichtbaar maken van de herkomst van producten en transparant communiceren over het productie- en maakproces, ligt op dit moment een grote kans.

Voor de coronacrisis werd de roep van consumenten om meer transparantie bij modemerken al luider. De afgelopen weken heb ik de grote kranten en nieuwszenders zien berichten over de misstanden die zijn blootgelegd door gecancelde orders van grote modemerken die weigeren samen te werken en fabrieksarbeiders aan hun lot overlaten. Deze merken werden met naam en toenaam genoemd. Bewustzijn begint met snappen hoe dingen werken. En met dergelijke verhalen bereikt het belang van een duurzamer en beter houdbaar systeem nu ook de mensen in hun woonkamers. 

Lees ook: hoe Fashion Revolution Week in corona tijd nog relevanter werd

De kopers van de toekomst staan in de kinderschoenen

Maar om echt te begrijpen waarom verandering onvermijdelijk is, moeten we nog een paar generaties verder kijken. In een recent artikel van Rutger Bregman las ik een mooie uitspraak van filosoof Friedrich Hayek: ‘Het kost meestal een generatie, of nog langer… en daarom lijken (…) onze ideeën nu nog zo machteloos om de wereld te beïnvloeden.’ Naar mijn idee is het niet meer een kwestie van óf het systeem moet veranderen, maar wanneer het gaat veranderen. Want in de tussentijd wordt Generatie Y (millennials) – mijn generatie – steeds bewuster, groeit er een nieuwe kapitaalkrachtige generatie op en loopt de nieuwste generatie in de luiers. 

Millennials geven 133 miljard euro uit aan duurzame producten

Generatie Z – geboren tussen 1995 en 2005 en ook wel Digital Natives genoemd – groeit op met toegang tot een constante stroom aan informatie. Deze generatie weet niet beter dan dat ze woont op een wereld waarin grondstoffen schaars zijn en de aarde een houdbaarheidsdatum heeft. Uit een onderzoek van consultancybureau Deloitte blijkt bovendien dat meer dan 80% van de millennials in Australië, Canada, China, het VK en de VS waarde hecht aan ethische bedrijven die actief stappen zetten om hun milieu impact te verminderen. Ook blijkt uit de resultaten dat consumenten tussen de 25 en 35 jaar van nu tot 2021 circa 150 miljard dollar (133 miljard euro) aan duurzame producten uitgeven. 

De zoektocht naar betekenis

De eerste lichting van de millennial generatie is inmiddels kapitaalkrachtig. Een gedeelte begint aan kinderen en voedt daarmee de consumenten van de toekomst op. Mijn generatie wordt tijdens deze gezondheidscrisis niet alleen geconfronteerd met de kwetsbaarheid van onze ouders, maar ook met de vraag hoe de aarde er straks uitziet wanneer onze kinderen volwassen zijn. Ondertussen beïnvloeden Digital Natives hun ouders met de vragen die ze stellen, en de keuzes die ze maken om bijvoorbeeld geen vlees meer te eten. De consument van vandaag en morgen zoekt naar betekenis. “Betekenis” – een term die in Trendrede 2020 – gemaakt en gepubliceerd voordat corona meer was dan alleen een biertje – op nummer 1 staat om het nieuwe decennium in te leiden. De behoefte naar waardevolle verbindingen, betekenisvolle aankopen en producten waarmee we een emotionele connectie voelen is niet meer alleen beperkt tot een groepje new age hippies, maar van een groep consumenten die alsmaar blijft groeien. 

Lees ook: Generatie Z – zo herken je ze en zo bereik je ze

We hebben behoefte aan weldoordachte aankopen

Jan Agelink benadrukt in deze context de kracht van value for money. “Naast dat je als ondernemer een slimme koopman moet zijn, neemt het ondernemen met betekenis een steeds grotere rol in. “Waar ga ik mijn geld aan uitgeven, zonder dat ik mijn duurzame intenties over de boeg gooi? Wat past er nu het beste bij mij? Waar heb ik een goed gevoel bij? Dit zijn vragen die je bij een consument kunt verwachten. Het is verre weg van een impulsaankoop. Dit zijn weldoordachte aankopen.” De tijden zijn onzeker voor veel mensen – ook financieel. Massaal geld uitgeven zullen consumenten nu niet zo snel doen. Maar ze zullen ook niet zo snel meer voor het eerste het beste koopje te vangen zijn. “Wees daarom transparant over de producten die je maakt of verkoopt, zodat de consument die bewuste, goed geïnformeerde en weldoordachte koopkeuzes ook echt kan maken.”

Verduurzaming bereikt ook top van de modeketen

Het geluid om bewuster te kopen komt ook uit wetenschappelijke hoek. Een groep van 170 wetenschappers – hoofdzakelijk sociologen en milieuwetenschappers – hebben collectief een manifest ondertekend. In hun manifest geven ze vijf voorstellen voor Nederland na corona, waarmee we Nederland radicaal duurzamer en eerlijker kunnen maken. Vermindering van consumptie en reizen staat in die top vijf, met een radicale afname van luxueuze en verspillende vormen, richting noodzakelijke, duurzame en betekenisvolle vormen van consumptie en reizen.

Inmiddels wordt de roep om verandering ook gedragen door de Groten der Modeontwerpers. Zo is een groep CEO’s en ontwerpers via Zoom – geleid door de Belgische ontwerper Dries van Noten – samengekomen om te spreken over het doorvoeren van constructieve veranderingen in het modesysteem. Op 12 mei publiceerden ze een open brief aan de mode industrie. Onder de ondergetekenden staan niet de minste namen: Dries van Noten, Erdem Moralioglu, Joseph Altuzarra, Mary Katrantzou, Pete Nordstrom, Pierre Hardy, maar ook CEO’s van Selfridges, Mytheresa, La Rinascente en Bergdorf Goodman. 

Dries van Noten

Een aangepaste modeagenda

Een onderdeel van hun voorstel is een shift in de verkoopcyclus. Op dit moment worden wintercollecties bijvoorbeeld al in juli geleverd, waardoor zomercollecties veel te vroeg in de uitverkoop gaan. In de brief stellen de ontwerpers voor om het verkoopseizoen ook daadwerkelijk af te stemmen op het seizoen van dat moment: herfst/winter collecties die lopen van augustus tot januari en lente/zomer collecties van februari tot juli. Daarmee roepen ze ook op voor meer gebalanceerde leveringen door de seizoenen heen en om uitverkoop alleen te houden aan het einde van deze periodes, om het verkoopseizoen met een gezonde marge langer door te laten lopen dan nu het geval is. Duurzaamheid krijgt ook aandacht in de open brief. Zo beloven de ondergetekenden minder textiel- en voorraad verspilling, minder reizen door te werken met digitale showrooms en veranderingen aan te willen brengen in de modeshows. 

Corona en mode

Ze zien naar eigen zeggen ook dat de huidige situatie – hoewel uitdagend – ook een kans presenteert voor een fundamentele en welkome verandering. Daarmee willen ze hun bedrijfsvoering zowel op milieutechnisch vlak als op sociaal vlak verduurzamen en beter in lijn brengen met de behoeften van hun klanten. Het zijn vooralsnog woorden. Maar het feit dat CEO’s van vooraanstaande luxemerken zich op deze manier verenigen en uitspreken is nog niet eerder voorgekomen. Een mooi signaal dat verduurzaming van het modesysteem nu ook de top van de keten bereikt en aanzet tot actie. 

Geen vroegtijdige uitverkoop en black Friday meer

Onder het mom Rewiring Fashion initieerde ook Business of Fashion een collectief geluid voor een nieuwe modekalender. Het plan startte met 61 handtekeningen, waaronder die van grote modehuizen als Philip Lim, Isabel Marant, Proenza Schouler en Missoni. De groep pleit voor een nieuwe invulling van modeshows, spreekt zich uit tegen “fashion’s addiction to discounting” en geeft het advies om mid-season sale en Black Friday af te schaffen. Black Friday werkt niet alleen extreme massaconsumptie in de hand maar is ook destructief voor de marges van met name de kleinere retailers. In de afgelopen jaren zagen we echter in Nederland al een tegenbeweging ontstaan waarin met name duurzame ondernemers demonstratief Green Friday organiseerden met speciale do good acties. 

Lees ook: waarom altijd iemand de prijs betaalt voor Black Friday

Gedwongen isolatie leidt tot wel doordachte consumptie, gefocust op functionaliteiten die niet alleen nu zijn doel dienen, maar ook in de toekomst.

The end of More: we kunnen met minder

Om een systeem te veranderen waar zoveel schakels, zoveel partijen, zoveel landen en zoveel mensen mee zijn gemoeid, is collectief draagvlak en een verandering in mindset nodig. En dat is één van de bitterzoete bijkomstigheden van deze crisis. Terwijl we onze normale manier van leven en werken hebben moeten opgeven, hebben we tegelijkertijd ook laten zien waar wij als mensheid op in hebben kunnen leveren om – ook al was het uit noodzaak – de aarde wat ademruimte te geven. Daarmee zien we niet alleen dat het anders kan, maar ervaren we het ook zelf. En misschien – heel misschien – ontdekken we ook wel dat we best met wat minder kunnen. 

Het Londense Trendbureau WGSN beschrijft “The end of More” dan ook als één van de tien belangrijkste macro-trends voor designers en retailers in post-corona tijd. Gedwongen isolatie leidt tot wel doordachte consumptie, gefocust op functionaliteiten die niet alleen nu zijn doel dienen, maar ook in de toekomst. Nut, veelzijdigheid en levensduur zijn daarbij de belangrijkste waarden. Om hier zo efficiënt mogelijk op in te spelen aan de verkoopzijde, aldus het trendbureau, vraagt dit een offer: kwaliteit over kwantiteit plaatsen en terugschalen in voorraad aantallen. Wanneer dit goed gebeurt, kunnen supply chains beter gestroomlijnd worden, kun je sneller inspelen op de behoefte van de markt, en kun je een veel duidelijker, consistente en meer samenhangend verhaal communiceren. 

[envira-gallery id="27499"]

We verlangen naar verbinding

De coronacrisis voedt daarnaast nog een diep verlangen bij de consument: verbinding. Uit de wekelijkse Monitor Consumentengedrag (mei 2020) – blijkt dat we het vooral met de beperkingen in sociaal contact nog steeds moeilijk hebben. 77% Procent van de respondenten geeft aan dat bij vrienden en familie langsgaan het eerste is wat ze doen als de maatregelen het toelaten, gevolgd door het bezoeken van terras, café’s en restaurants. Ook uit ons koopgedrag blijkt dat we familie en vrienden missen. We geven nu meer geld uit aan het versturen van kaartjes en (online) attenties naar elkaar. En zoeken elkaar ook veel op via social media en digitale tools.

[envira-gallery id="27505"]

De behoefte aan contact gaan we volgens Jan Agelink ook terugzien in een veranderende zintuiglijke behoefte binnen de mode. “We zitten binnen en het enige contact wat we veelal hebben is digitaal”, verklaart hij. “Het contact is er, maar de zintuiglijke waarneming via een beeldscherm evenaart nooit die in real life. Daarmee groeit onze behoefte naar verbinding en zintuiglijke waarnemingen. We willen zien, voelen, ruiken en proeven. In de mode kun je dit terug gaan zien in stoffen die meer textuur krijgen en je zintuiglijke en sensorische waarnemingen prikkelen. Denk aan aaibare stoffen, of aan materialen met texturen.” 

De fysieke winkel is onmisbaar

En juist in die behoefte aan fysieke verbindingen en het prikkelen van onze zintuigen, schuilt ook de onnavolgbare rol van fysieke winkels. Agelink: “Die winkels die ons in een nieuwe wereld brengen, blijven interessant en nodig. Je hebt nu misschien wat meer tijd én ruimte omdat er minder mensen in je winkel komen. Benadruk juist datgene wat we allemaal zo gemist hebben: kleur, het prikkelen van de zintuigen, een plek buiten ons huis waar je ontspannen kunt verblijven, zonder je opgejaagd of oncomfortabel te voelen. Als we straks weer de straten op mogen, is het een mooi moment om met je winkel te laten zien dat je een steentje bijdraagt. Door bijvoorbeeld je winkel in te richten met veel groen of geüpcyclede onderdelen, een rekje in te richten voor het ruilen van kleding, of je nieuwe collectie aan te vullen met vintage items.” Ook op deze manier kun je al op een laagdrempelige manier laten zien dat je bewust bezig bent met een andere benadering op mode en waardecreatie. 

Lees ook: is kleding lenen het nieuwe kopen?

We zoeken naar transparantie en authenticiteit

In een tijd waarin de consument om transparantie en authenticiteit vraagt, is het ook als modeprofessionals belangrijk om weer de verbinding op te zoeken met het product en het maakproces erachter te communiceren. Door de grip weer terug te pakken op de eigen productieketen, kun je transparantie bieden. En door daarnaast licht te schijnen op het vakmanschap van je producten, kun je het verhaal erachter zuiver en authentiek overbrengen naar je klant. Ook landen als China en India hebben hun eigen ambachten in textiel en bieden duurzame alternatieven. Zo liet het nieuwe Nederlandse modemerk J-Lab3l met hun in april gelanceerde documentaire Taking Justice op een inspirerende manier zien dat duurzame productie in India heel goed mogelijk is.

Modeprofessionals weten hoe hun product tot stand komt,
maar de gemiddelde consument weet dit niet.

De authenticiteit en charme van het makerschap is vandaag nog steeds te zien bij ‘s werelds bekendste modemerken die een eeuw of langer geleden ooit begonnen als eenvoudige eenmanszaken met mooie handgemaakte artikelen van hoge kwaliteit. Denk aan de iconische ontwerpen van Coco Chanel en de workers wear van Levi’s. Tegenwoordig dragen deze bedrijven nog steeds de namen van de oprichters maar zijn ze uitgegroeid tot winstgevende bedrijven die op grote schaal kleding produceren. De soul van waaruit ze ooit begonnen lijkt inmiddels ver te zoeken. Ook voor deze bedrijven wordt het een uitdaging om weer terug te keren naar de kern. Welk vakmanschap schuilt er achter het product? Waar zit het verhaal? Hoe breng ik dit authentiek en geloofwaardig naar de consument? Modeprofessionals weten hoe hun product tot stand komt, maar de consument weet dit niet. Door erover te communiceren, neem je hen daarin mee en help je hen in het maken van goed geïnformeerde keuzes. 

De invloed van lokale ondernemingen groeit

Nog een interessant signaal is de focus op de lokale omgeving. De echte soul stores zijn voor mij niet voor niets voornamelijk lokale, zelfstandige winkels. Met gesloten grenzen en een beleid dat vaart op zicht, beginnen ondernemers én consumenten te waarderen wat dicht bij huis zit. De afgelopen maanden zag ik dat juist de kleine winkels en makers – die veelal in eigen atelier op kleine schaal produceren – flexibel in kunnen spelen op de vraag van de markt. Nog geen week nadat de maatregelen werden aangekondigd om verplicht mondkapjes te dragen in het OV, verschijnen de meest creatieve en modieuze mondkapjes in mijn social media feeds. De meest creatieve DIY-video’s vullen tevens mijn tijdlijn met tips hoe je je eigen mondkapje kunt maken. En het Duitse duurzame merk ARMEDANGELS introduceerde zelfs mondkapjes waarmee ze 1 miljoen euro willen ophalen voor Artsen zonder Grenzen.

Lees ook: zo kun jij iets betekenen voor lokale ondernemers in deze tijd

[envira-gallery id="27508"]

De roep om je geld lokaal uit te geven was nog nooit zo luid. Juist nu is dat de manier waarop we de meeste betekenis kunnen geven. Lokaal makerschap biedt daarin ook kansen. Nederland stond ooit bekend om de wolproductie. Aan het begin van de 18e eeuw werkte bijna een derde van de Nederlandse beroepsbevolking in de textielindustrie, in 1957 waren er nog 168 wol bedrijven, in 1977 werkten nog maar 2000 mensen in de industrie. Mede door de toename van de productie in lagelonenlanden is het makerschap in eigen land verloren gegaan. The Knitwit Stable in Baambrugge is één van de schaarse ateliers die nog iets met wolproductie doet.

The Knitwit Stable

Productie in eigen land

Wat als we ons vakmanschap weer op grote schaal terug konden halen? Lokale productie biedt mogelijkheden om wendbaarder mee te varen met de veranderingen van onze tijd. Daarnaast biedt het ook kansen om de productie dichterbij te halen. En inzicht te geven in het verhaal achter een product. Daarmee beperk je afhankelijkheden waar je geen grip op hebt, en maak je het jezelf iets makkelijker om in te spelen op de behoefte van een consument die op zoek is authenticiteit, betekenis en transparantie. 

Waarom er geen beter moment is dan nu

Lokaal kopen vergroot bovendien het gevoel van verbinding en actief bijdragen aan het bestaansrecht van soul stores. Dat daar een hogere prijs bij komt kijken is voor een consument die zoekt naar een betekenisvolle aankoop met een goed verhaal en een lange levensduur geen onoverkoombaar obstakel. Er is nooit een goed moment om 360 graden van koers te veranderen. Maar wanneer er collectief een gevoel heerst van solidariteit, de behoefte naar transparantie en betekenis groeit, en zelfs de top van de keten oproept tot verandering, dan is er geen beter moment om dit te doen dan nu. Grijp deze kans. Want – hopelijk – is het er een die maar één keer langskomt.

Tip: luister deze podcast waarin Talita Kalloe verder in gesprek gaat met Marieke van den Berg over dit onderwerp en waarin ze haar kennis deelt over bewust kopen en verkopen.

Fotocredits (op volgorde): ARMEDANGELS, Thakoon, kimgerlach in Organic Basics by CherieBirker, Kith, @SONGOFSTYLE, Cindy van Rees, Dries van Noten, Rus the Brand, Le 17 Septembre, Daisy Ranoe, The Knitwit Stable, Soul Stores

Black Friday

Dit artikel is geschreven door Talita Kalloe voor modevakblad Textilia en Soul Stores. Talita is journalist, contentspecialist en founder van Soul Stores. Vlak voor COVID-19 uitbrak bracht ze een trendboek uit over de invloed van duurzaamheid en technologie op de manier waarop we kopen en verkopen. Download het trendboek hier gratis. Met haar Soul Purpose Scan sessies geeft ze advies aan purpose gedreven ondernemers over hoe ze hun verhaal authentiek en geloofwaardig over kunnen brengen via sustainable storytelling.

Conscious consumerism -

Wist je dat je ook duurzame en bewuste keuzes kunt maken tijdens het online winkelen? Van duurzame verzendopties tot het supporten van lokale, duurzame en zelfstandige winkels en merken: ontdek onze beste tips. 

bewust winkelen online
Next Articles

Hoe maak je een bewuste én duurzame keuze in supplementen?

Wat is nu eigenlijk de best opneembare vorm? Wat maakt een supplement echt goed? En hoe maak je daarin ook nog eens een duurzame keuze? We vroegen gezondheidswetenschapper en orthomoleculair therapeut Désiree Domacassé naar context en tips voor een bewuste keuze in supplementen.